De Goudenregen is een vertegenwoordiger van de grote Vlinderbloemenfamilie.
Bloei
De bloei kan in april-juni plaats vinden.
Leefplek
Uit Z. Europees kalkrijk bergland afkomstige struik- of boom die als sierplant in parken en tuinen wordt aangeplant. Heeft toch geen uitgesproken voorkeur voor bodem of groeiplaats. Hier en daar ook verwilderd.
Areaal
Europa.
Naam
De “Goudenregen” ontleent de naam aan de fraaie rijke hangende bloemtrossen die vrij langdurig als een “gouden regen” bloemen leveren. De plant is nauw verwant aan de bremsoorten en hoort daarom in het geslacht “Cytisus” thuis. Deze naam “Cytisus” komt van het eiland “Cythnus”, één van de Cykladen in de Egeïsche Zee.
Plinius gebruikte al de benaming “Laburnum” (anagram van “alburnum” = rotting).
De soortnaam “anagyroides” wil zeggen “lijkend op anagyris” hetgeen ook een Mediterrane struikvormige plantensoort is.
Kenmerk
Goudenregen is een soms meerstammige heester of boom (tot 7 m) met een gladde lichtbruine bast en groene twijgen. Bladverliezend. Drietallige gaafrandige bladeren zijn elliptisch gepunt en grijsgroen van kleur.
Hangende lange volle trossen citroengele vlinderbloemen (tot 2 cm). De ontluikende bloemen keren zich voor het openen om met de vlag naar boven. Er is geen nectar maar wel een bruin honingmerk op de vlag. De bloemen zijn zoet geurend.
Peulvrucht zeer giftig. Peul smal en eerst behaard. Later licht/donkerbruin. De vele donkerbruine zaden bevatten net als de andere delen van de heester het zeer giftige alkaloid cytisine.
Voor een lijst van alle tot nu toe verschenen plantbeschrijvingen:
Overzicht Nederlandse namen
Overzicht wetenschappelijke namen