Dit kleine geslacht is een onderdeel van de grote Kruisbloemenfamilie.
Bloei
De bloei vindt plaats vanaf juni tot in september.
Leefplek
Open droge grond van ruderale aanvoerterreinen. Ook bermen van weg en spoordijk. Soms langs rivieren meegebracht.
Areaal
Stamt uit Midden-Europa en is medio 19e eeuw met graan mee aangevoerd. Zodoende bij molens beland (“Molenbloem”). Komt voor in EuraziĆ«.
Naam
De totaal indruk van de plant is nogal grijsgroen als gevolg van sterharen. Dat is ook terug te vinden in de toevoeging “incana”, wat “geheel grijs” betekent. De herkomst van “Berteroa” is te zoeken in de naam van de Italiaanse botanicus Bertero (ca. 1800).
Kenmerk
EĆ©njarige halfhoge wat viltig behaarde plant. Een matig opvallende plant met smalle langwerpige bladeren aan een slanke stengel.
Op de steeds doorgroeiende top komen de witte kruisbloempjes (tot 8 mm) met hun flink spits ingesneden kroonblaadjes.
Na de bloei groeit het vruchtbeginsel uit tot een ovaal vrij bol hauwtje met nog een puntige stijl er op. De stengel is dan bezet met vruchtjes.
Voor een lijst van alle tot nu toe verschenen plantbeschrijvingen:
Overzicht Nederlandse namen
Overzicht wetenschappelijke namen