Tot de Sleutelbloemfamilie met de alzijdig symmetrische bloemen behoren ook de diverse Wederikken. Er zijn twee groepen: de rechtopstaande Grote Wederik en de tuinplant Puntwederik (Lysimachia punctata) tezamen met de Moeraswederik en anderzijds de kruipende Boswederik en het Penningkruid.
Bloei
In april komt als eerste in vochtig bos de Boswederik en daarna volgen vanaf mei de andere waarbij de Grote in juni als laatste. Het Penningkruid houdt hierbij het midden aan.
Leefplek
Wederikken zijn overblijvend en groeien eigenlijk overal tussen bos en verlande waterkant. Ieder heeft daarbij een eigen voorkeursplek. De Grote heeft daarbij de meest gevarieerde groeiplaatsen van droog tot nat. Aan de waterkant vormt de Grote vaak meterslange rode drijvende wortels.
Areaal
Euraziƫ gematigde zone.
Naam
De ontdekker van de plant Lysimachus is vernoemd in het plantengeslacht en dat betekent dat dit al vier eeuwen voor Chr. heeft plaatsgevonden. De “Gewone” is dan ook de “vulgaris” terwijl de vorm met het blad “als pasmuntjes” dus “nummularis” werd. De naam “Wederik” (in het Duits nu “Weiderich”) is “rik” of “rijk” aan “Wede” of “weide” en dat is terug te voeren op het Middeleeuwse woord voor “wilg” vanwege het wilg-achtig blad.
Kenmerk
De vijf spitse goudgele kroonbladen van de meeste soorten vallen duidelijk op. Alleen de Moeraswederik is heel anders dankzij de zestallige bijna draadvormige dichte trosjes die op steeltjes in de oksels van de iets stengelomvattende langwerpige bladen staan.
De Grote Wederik en ook de Puntwederik hebben hun gele bloemen in de oksels van de ovale bladen staan, waarbij die van de Grote in trosjes groeien en die van de Puntwederik in rijen schijnkransen boven elkaar. Het blad van beide soorten is zacht behaard en bij de Grote het smalste en daar vaak in drietallen groeiend. De kelkbladen dragen rode randen.
De kruipende Boswederik en het Penningkruid hebben lang gesteelde enkele bloemen in de bladoksels. Het gladde blad is bij het Penningkruid ronder dan bij de Boswederik. Net als bij de Grote Wederik en de Puntwederik dragen de vergroeide helmdraden van het Penningkruid olieklieren.
Voor een lijst van alle tot nu toe verschenen plantbeschrijvingen:
Overzicht Nederlandse namen
Overzicht wetenschappelijke namen