Het kleine geslacht van de Knopkruiden is onderdeel van de Composietenfamilie.
Bloei
In juni begint de weinig spectaculaire bloei op gang te komen en gaat tot in de herfst door.
Leefplek
Er is weinig voorkeur op zandige of stenige ruderale grond. Bewerkte hakvrucht akkers, tuinbouwkassen en moestuinen zijn vooral gewild evenals bewerkte bermen en bouwgrond. Weinig gevoelig voor onkruidbestrijdingsmiddelen. Vandaar “Franzosenkraut” in Duitsland en “Garden Pest” in Engeland.
Areaal
Beide soorten zijn uit Latijns-Amerika (Peru en Mexico) aangevoerd naar botanische tuinen en hebben zich van daaruit dapper door Europa en zelfs kosmopolitisch verspreid. Het Harig Knopkruid wint nog aan uitbreiding en dan vooral in de wat warmere gebieden.
Naam
De naam “Knopkruid” is duidelijk terug te vinden in de knopvormige samengestelde bloeiwijze. De uitstaande beharing (“ciliata”= “gewimperd”) is boven aan de stengel te vinden. De wetenschappelijke naam “Galinsoga” komt vermoedelijk uit het land van herkomst waar in de 18e eeuw de arts en botanicus Mariano Martinez de Galinsoga, directeur botanische tuin Madrid, de plant ontdekt zou hebben.
Het “parviflora” beduidt “kleinbloemig” en heeft betrekking op de kleinere bloemen dan die van de Harige. “Kaal” komt door het ontbreken van de haartjes.
Het niet begrijpen van de naam “Galinsoga” heeft in Engeland geleid tot de weinig toepasselijke volksnaam “Gallant Soldier”. Beter was de latere verbastering “Shaggy Soldier” (“lang wollig behaarde”).
Kenmerk
Sterk vertakte eenjarige plant (tot 50 cm) met kruisgewijs geplaatste bladeren met gezaagde rand. Ze hebben nauwelijks een steel, zijn eirond en toegespitst. De zijtakken zijn alleen bij de Harige vorm behaard.
De knopachtige bloeiwijze bestaat uit centraal vele gele buisbloemen als bij een Madeliefje met daar omheen een klein aantal (meestal maar vijf) witte lintbloemen en gevat in een omwindsel. De bloemhoofdjes staan in bijschermen vooral aan het eind van de stengels.
Op de kegelvormige bloembodem worden tussen stroschubben (geen haren) de zwarte nootjes met ringvormige pappus gevormd.
De planten kunnen al binnen 2 m voor nakomelingen zorgen (“Quickweed” in Amerika).
Voor een lijst van alle tot nu toe verschenen plantbeschrijvingen:
Overzicht Nederlandse namen
Overzicht wetenschappelijke namen