dn nieuwe hof kop 202310

Harig wilgenroosje – Epilobium hirsutum; Basterdwederik – Epilobium spec.

In de Teunisbloemfamilie nemen de Basterdwederiksoorten een eigen plaats in naast de echte Teunisbloem en het echte Wilgenroosje.

Harig wilgenroosje - Epilobium hirsutum 4op3

Bloei

Het zijn alle zomerbloeiers die het tot september volhouden.

Leefplek

Vochtige humeuze zonnige groeiplaatsen van sloot, plas en moeras.

Areaal

Europa, Aziƫ en Amerika. Kosmopolieten.

Naam

Dankzij enige gelijkenis in de bladvorm met die van de Wederik hebben de Basterdwederiken hun naam gekregen. Verdere gelijkenis van dit blad met dat van de Wilg (middeleeuws ‘Wede’) leverde de naam Wilgenroosje op. De bloempjes zitten op (“epi”) een lang peulachtig vruchtbeginsel (“lobos” = “peul”). Verlatijnst wordt dat dus “epilobium” voor (bloem) op de peul. Daarbij komt “hirsutum” vanwege een “borstelig” aanzien bij de zaadrijping. De diverse Basterdwederiksoorten hebben elk een eigen toevoeging ter onderscheid.

Harig wilgenroosje - Epilobium hirsutum tekeningKenmerk

De viertallige rozerode bloemblaadjes zijn van boven iets ingesneden. De roosachtige bloempjes met hun onderstandige vruchtbeginsels groeien vanuit de bladoksels. Ze zijn circa 2 cm groot en leveren lange bloemsteelachtige vruchten op. Deze springen bij rijpheid van boven af met vier uiteenwijkende kleppen open. De heel lichte zaadjes worden aan een bundel dunne haren door de wind weggedragen.
De overblijvende wat houtige planten worden tot 1 m of meer hoog. Er worden aan de voet oppervlakkige uitlopers gevormd. Het blad is bij de meeste soorten lancetvormig, zittend en zwak getand. Er is enige nectar onderin de bloembuis van het zacht behaarde rijk bloeiende Harig Wilgenroosje.
De Moerasbasterdwederik (Epilobium palustre) groeit in waterige omstandigheden en heeft zoals alle Basterdwederiken lichtrose bloemen (tot 1 cm). De tegenoverstaande smalle zittende bladeren zijn gladrandig.
De Kantige Basterdwederik (Epilobium tetragonum) kan langs droogvallende sloten goed gedijen. De houtige kantige stengels groeien zelfs tot manshoog. Voedselrijke vochtige standplaatsen zoals kapvlakten en slootbagger zijn ook goed. De ijl gebouwde planten dragen vrij weinig smal blad en kleine lichtroze bloemen. De planten overwinteren met behulp van aan de voet gevormde nieuwe bladrozetten.

Voor een lijst van alle tot nu toe verschenen plantbeschrijvingen:
Overzicht Nederlandse namen
Overzicht wetenschappelijke namen