Tot de veelzijdige Rozenfamilie behoort het grote Ganzerikgeslacht (=Potentilla) en daarin de Schijnaardbei naast de Aardbeiganzerik die ook sterk lijkt op het verwante geslacht (Bos)aardbei (=Fragaria). De geelbloemige Schijnaardbei is niet dezelfde als de Aardbeiganzerik (Potentilla sterilis) want die heeft witte bloemen en vormt geen rode vruchten.
Bloei
De bloei vindt al vanaf de maand mei gedurende de hele zomer door plaats.
Leefplek
Deze Potentilla variant komt van oorsprong uit Z.O. Aziƫ en is als tuinplant (=Sieraardbei) in gebruik gekomen en vandaar verwilderd. Het is een veel gekweekte altijdgroene bodembedekker die zich ook in loofbos op voedselrijke beschaduwde vochtige plaatsen kan handhaven.
Areaal
Europa W. en M., USA O. en elders op de wereld verspreid.
Naam
De oude naam “Potentilla” is afgeleid van het Latijnse “potens” dat “machtig” betekent. Als geneeskruiden waren de Potentilla’s bekend als “de krachtig werkenden”. De soortnaam “indica” is maaklatijn en duidt op de herkomst “uit India”.
De naam “Schijnaardbei” is te danken aan de kenmerkende botanische vorm van de vrucht.
Kenmerk
Lage overblijvende plant die zich nogal invasief kan uitbreiden. De voortkruipende behaarde stengels wortelen op de knopen.
De bladeren zijn alle drietallig handvormig met deelblaadjes die enigszins ovaal van vorm zijn met duidelijke en behaarde nerven en een gekartelde rand. De grootste breedte is voor het midden van het deelblaadje.
Heldergele bloemen (1 cm) hebben 5 kroonbladen met een omgekeerde hartvorm. Ze raken elkaar niet en worden gedragen door vijf 3- tot 5-tandige bijkelkbladen, die sterk uitgroeien na de bloei.
Het bovenstandige vruchtbeginsel draagt veel meeldraden en stampers. Hier wordt een helderrode ronde schijnvrucht gevormd die lijkt op een aardbei maar smakeloos is, weinig sappig en bedekt met rode dopvruchtjes.
Voor een lijst van alle tot nu toe verschenen plantbeschrijvingen:
Overzicht Nederlandse namen
Overzicht wetenschappelijke namen