Verbesina behoort tot de Composietenfamilie (Asteracea). Er is geen Nederlandse naam.
Bloei
De bloei is pas in augustus – september. Hommelplant. Drachtplant.
Leefplek
Afkomstig uit de zuidelijke en oostelijke staten van de V.S. Verdraagt zon maar heeft graag enige schaduw. Matig voedselrijke en vochtige bodem. Kan ook op droge bodem. Meest in tuinen en vandaar verwilderd met tuinafval.
Areaal
Europa vanuit Amerika.
Naam
Al door Linnaeus benoemd. Vermoedelijk is de naam “Verbesina” ontstaan door enige gelijkenis met de bladvorm van Verbena officinalis (IJzerhard). Het “alternifolia” beduidt “afwisselend” en heeft betrekking op de bladstand.
Kenmerk
Forse overblijvende plant (tot 200 cm). Duidelijk breed gevleugelde stengels tussen de knopen. Vandaar de Engelse gebruiksnaam Engels: “Wingstem”. De plant kan diverse stengels dicht opeen vormen. De flinke bladeren zijn ovaal lancetvormig en gepunt, dofgroen met een licht getande rand. Bij de bovenste bladeren is de bladrand vrijwel glad.
De bloemhoofden staan in een vertakte pluim op de top van de stevige stengels. Eerst ontluiken grote lange lokbloemen in een krans in wisselende aantallen (4-10). Het zijn helder gele sierlijke iets opgebogen lintbloemen. Zij omsluiten een iets verheven eerst geelgroen centrum uit buisbloemen gevormd. Uit de lichtgeel geworden buisbloemen steken eerst stuifmeel hoofden en daarna gespleten stempels. De bloemen openen vanaf de rand naar het centrum toe. Na bestuiving door insecten wordt de bloembodem nog meer bolvormig. De buisbloemen vallen af. De lintbloemen blijven nog lang verdroogd hangen. Tenslotte drogen de bloembodems in en komen de rechtop staande schijfvormige eerst groene en later donkere zaden zich presenteren. Ze zijn gevat in een opdrogende lichtgekleurde getande vergroeide kelk.
Zaailingen komen weinig voor.
Voor een lijst van alle tot nu toe verschenen plantbeschrijvingen:
Overzicht Nederlandse namen
Overzicht wetenschappelijke namen