Tot de Nachtschadefamilie behoren naast de Wolfskers veel planten die zwaar vergiftig zijn. Ook leveren ze diverse geneesmiddelen.
Bloei
De bloei begint al vroeg in mei.
Leefplek
Zoekt iets beschaduwde plekken in oude tuinen en onder hagen. Van nature bosplant. Meest in Z. Limburg.
Areaal
Europa, Atlasgebergte en Klein Azië. Afkomstig uit bosrijke bergstreken. Oorspronkelijk niet inheems. Als geneeskruid gekweekt en weer verwilderd. Zeer giftig. Vooral het blad en de vrucht.
Naam
De pupilverwijdende werking van het sap heeft tot gevolg dat de ogen groter lijken en dat zou een “schone vrouw” (“bella donna”) sieren. “Atropine” wordt in de oogheelkunde toegepast. De naam “Atropa” betekent zoveel als “doodskruid” en stamt van de Griekse schikgodin “Atropos” (=de onafwendbare).
Giftige planten zijn net zo gevaarlijk als wolven. De zwarte besvruchten zijn kersvormig. Ze worden zonder schadelijke werking door vogels gegeten. Diverse dieren eten straffeloos van de plant.
Kenmerk
Stevige hoge of zeer hoge overblijvende planten, vertakt en met verspreide gaafrandige eironde spitse bladeren. De stengels zijn wat paars aangelopen. Soms 2 blaadjes onder de bruin-paarse bloem. De bladmassa staat optimaal voor lichtopvang in mozaïek patroon.
De flinke (2 cm) klokvormige 5-tallige bloemen steken vaak opzij of hangen, soms met 2 bijeen. Ze staan gesteeld in de bladoksels. De bloemslippen van de vergroeide bloemkroon zijn wat omgekruld naar buiten. De kroon valt na de bloei af.
De kelk blijft na de bloei teruggeslagen de bovenstandige glanzend zwarte besvrucht presenteren. De vrucht is tweehokkig met een dikke zaadlijst.
Voor een lijst van alle tot nu toe verschenen plantbeschrijvingen:
Overzicht Nederlandse namen
Overzicht wetenschappelijke namen